Onlangs bekeek ik (een aflevering van) de prachtige serie ‘Onze man in Teheran’ (door de VPRO uitgezonden in januari/februari 2015 en onlangs genomineerd voor de Nipkowschijf, de prijs voor het beste televisieprogramma.)
Door de ogen van de Nederlandse correspondent Thomas Erdbrink zie je een Iran zoals dat in nieuwsberichten zelden aan bod komt. Een land waar niets mag, maar alles kan. Een land waar de mannen het laatste woord hebben in een discussie met hun vrouw, namelijk: ‘je hebt gelijk’.
De serie legt veel bloot, verraste mij in elk geval meerdere keren. Maar wat me vooral boeide is hoe moeilijk een buitenstaander de cultuur van een ander land echt leert kennen. Thomas woont al 13 jaar in Teheran, is getrouwd met een Iraanse fotografe en lijkt de taal vloeiend te spreken. Toch hebben hij en zijn vrouw nog regelmatig discussies over wat wel en niet hoort. Wat gewenst gedrag is en hoe je regels en gewoonten moet interpreteren.
Hoeveel tijd en aandacht is er in organisaties om elkaar, elkaars opvattingen en gewoontes en de cultuur van de organisatie goed te leren kennen? Hoeveel aandacht is er echt voor het delen van elkaars waarden en normen? Hoe goed kennen medewerkers elkaar?
Wij maken regelmatig mee dat collega’s tijdens werkbijeenkomsten voor het eerst met elkaar delen wat hen beweegt, waarom ze voor hun vak hebben gekozen, waar ze gelukkig van worden. Onmiddellijk zie je het besef ontstaan dat er vaak veel meer is dat je deelt, dan waarin je van elkaar verschilt. Dat er meer begrip ontstaat voor elkaars standpunten en gedrag.
Het zijn belangrijke voorwaarden om iets met elkaar tot stand te brengen om prettig met elkaar te werken aan een hogere omzet, een organisatieverandering, een tevreden klant, een beter product. De tijd die je als organisatie neemt om echt het gesprek met elkaar aan te gaan en naar elkaar te luisteren, verdien je terug in de betere samenwerking, de nieuwe ideeën die ontstaan en de motivatie van mensen om voor elkaar, de klant en de organisatie iets extra’s te doen. Bovendien neemt het plezier in naar je werk gaan toe. Daar ben ik niet alleen van overtuigd. Dat is zo. Wij vrouwen hebben immers altijd gelijk.
Door de ogen van de Nederlandse correspondent Thomas Erdbrink zie je een Iran zoals dat in nieuwsberichten zelden aan bod komt. Een land waar niets mag, maar alles kan. Een land waar de mannen het laatste woord hebben in een discussie met hun vrouw, namelijk: ‘je hebt gelijk’.
De serie legt veel bloot, verraste mij in elk geval meerdere keren. Maar wat me vooral boeide is hoe moeilijk een buitenstaander de cultuur van een ander land echt leert kennen. Thomas woont al 13 jaar in Teheran, is getrouwd met een Iraanse fotografe en lijkt de taal vloeiend te spreken. Toch hebben hij en zijn vrouw nog regelmatig discussies over wat wel en niet hoort. Wat gewenst gedrag is en hoe je regels en gewoonten moet interpreteren.
Hoeveel tijd en aandacht is er in organisaties om elkaar, elkaars opvattingen en gewoontes en de cultuur van de organisatie goed te leren kennen? Hoeveel aandacht is er echt voor het delen van elkaars waarden en normen? Hoe goed kennen medewerkers elkaar?
Wij maken regelmatig mee dat collega’s tijdens werkbijeenkomsten voor het eerst met elkaar delen wat hen beweegt, waarom ze voor hun vak hebben gekozen, waar ze gelukkig van worden. Onmiddellijk zie je het besef ontstaan dat er vaak veel meer is dat je deelt, dan waarin je van elkaar verschilt. Dat er meer begrip ontstaat voor elkaars standpunten en gedrag.
Het zijn belangrijke voorwaarden om iets met elkaar tot stand te brengen om prettig met elkaar te werken aan een hogere omzet, een organisatieverandering, een tevreden klant, een beter product. De tijd die je als organisatie neemt om echt het gesprek met elkaar aan te gaan en naar elkaar te luisteren, verdien je terug in de betere samenwerking, de nieuwe ideeën die ontstaan en de motivatie van mensen om voor elkaar, de klant en de organisatie iets extra’s te doen. Bovendien neemt het plezier in naar je werk gaan toe. Daar ben ik niet alleen van overtuigd. Dat is zo. Wij vrouwen hebben immers altijd gelijk.